Met grote regelmaat zeg ik – verwijtend – tegen de kinderen dat ik liever heb dat ze even bellen in plaats van sms-en: voorkomt misverstanden en je hebt meteen de reactie van de ander. Maar soms is het andersom, zou een schriftelijk contact een stuk beter uitpakken.
Eigenlijk ging het met het telefoontje dat ik laatst kreeg al meteen fout: ik verstond de mevrouw niet. Een keurige dame met een enorm accent. Ze sprak zo bekakt dat ik twee keer na moest vragen namens welke organisatie ze mij nu belde- dat had ik er nog net wel van begrepen. Namens Greenpeace. Waarschijnlijk weigerde mijn hoofd een linkje te leggen tussen haar Gooische Nederlands en die club, maar dat is een beetje psychologie van de kouwe grond ben ik bang. Nou steun ik Greenpeace al jaren, al ben ik het bepaald niet altijd op alle fronten eens met hun manier van actievoeren. Maar ach, dat heb ik met wel meer organisaties die, tenzij ze het heel erg bont maken, toch mogen blijven rekenen op mijn loyaliteit. Terug naar het gesprek: mevrouw wilde mij bijzonder hartelijk (klonk als: hachelijk) danken voor mijn steun de afgelopen jaren- dat vond ik wel goed.
Vervolgens nam ze uitgebreid de tijd om mij uit te leggen waarvoor Greenpeace staat, welke acties ze in het verleden hebben gevoerd en welke recentelijk. En dat dat allemaal heel erg veel centjes kostte. Nou had ik niet alleen met de recentelijke acties (en de gevolgen daarvan) in Rusland nogal te maken gehad: ik ben in mijn vrije tijd voorzitter van de Stedenband Groningen-Moermansk. Maar daarbij: als je me voor mijn langjarige steun bedankt en je gaat me nu uitleggen wat ik eigenlijk ondersteund heb begint het er toch op te lijken dat je denkt dat ik een oen ben die geld overmaakt naar een club waarvan ik geen flauw benul heb wat ze doen?
Ik was gelukkig in een goede bui en ongehaast die dag en onderbrak mevrouws relaas niet met deze overdenking mijnerzijds. En zij ging verder, van ideologie en goede bedoelingen naar de financiën, nijpende financiën. Ja, dacht ik: dat haal je de koekoek, de boetes in Rusland zijn bepaald niet kinderachtig… Na al die omtrekkende bewegingen kwam eindelijk de vraag op tafel waarom het (natuurlijk) draaide: of ik niet vond dat ik juist nu maar beter kon overgaan tot een automatische maandelijkse incasso – dat maakte het bestaan van Greenpeace zo veel overzichtelijker. En ze deed meteen ook een suggestie: een tientje per maand zou toch een aardig bedrag zijn. Dat laatste was ik wel met haar eens: een tientje per maand is een aardig bedrag, en dankzij het feit dat ik nog heb leren hoofdrekenen kon ik haar vertellen dat dat optelt tot 120 Euro per jaar. Ik ben best in voor een geintje op zijn tijd, maar ik vond dit geen lollig voorstel. Bovendien: ik steun meerdere goede doelen, en van harte, maar ik weiger principieel dat via automatische incasso’s te doen. Ik wil de vrijheid houden om per acceptgiro te bekijken óf het uitkomt en voor hoeveel – zo simpel.
Op mijn principiële redenen ging ze niet in, wel kwam er een aangepast voorstel: 5 Euro dan? Ik werd langzaam narrig: handjeklap over de telefoon voor een vrijwillige bijdrage mijnerzijds?! Ietwat kortaf herhaalde ik mijn standpunt- mevrouw negeerde dat wederom. In plaats daarvan koos ze een andere route: mijn jaarbijdrage was een beetje een raar bedrag en dat kwam natuurlijk door de omzetting destijds van gulden naar Euro: als ik dat nou eens ombouwde ( en ophoogde) naar een mooi rond bedrag van, laten we eens wat zeggen, 25 Euro. Ik had inmiddels mijn narrigheid voelen uitgroeien tot regelrechte weerzin tegen de aanpak van de kakmadam ( en madam zelf) en zei: “weet u wat ik ook een mooi rond bedrag vind?” Nee, zij zag ‘m niet aankomen en vroeg blijmoedig: “ wat stelt u dan voor?” “Nou, nul Euro is ook een mooi rond bedrag, toch?”
Verder dan een “O” kwam ze niet, de vrieskou kwam via de telefoonlijn tegen mijn wang en ze draaide het verplichte riedeltje over het bel-me-niet-register af, meteen ook een stuk minder bekakt. Greenpeace had écht beter een briefje kunnen sturen…
Ik wens alle goede doelen en goed bedoelende mensen in 2014 een warme en meevoelende samenleving toe, met weinig rampen en ziektes. En ik wens ons hier toe dat we mogen genieten van de warmte van het aardgas uit onze bodem maar gespaard blijven voor verdere bevingen, schade en angst. Het was mooi zo lang het duurde, we hebben allemaal genoten en geprofiteerd van de opbrengsten, maar de grens is nu wel bereikt!
Marjo van Dijken