Ondanks de, in het algemeen negatieve, publiciteit omtrent de “kaalslag” van het groen in Beijum lijkt er ook een enigszins positieve kant aan te zitten.
Hoezo?
In het afgelopen najaar is de biomassa-installatie op Sportcentrum Kardinge in gebruik genomen. De brandstof voor de nieuwe energiecentrale bestaat uit houtsnippers. De gemeente verzamelt deze biomassa zelf uit snoei- en kapafval, o.a. ook in Beijum.
De biomassa-installatie verbrandt circa 1 miljoen kilo hout per jaar om te voorzien in de energiebehoefte van Kardinge. Ook is er naast de oven van de biomassa-installatie een buffervat geplaatst van 150 m3. Dit vat gevuld met water dient om de warmte op te slaan, zodat de warmte geleidelijk aan kan worden vrijgegeven voor het op temperatuur houden van het gebouw en de zwembaden. Dit levert volgens verkregen informatie een rendement van 50% op.
Uiteraard is het positief en goed om te weten dat er verantwoord word gestookt, echter roept het ook de vraag op in hoeverre de “kaalslag” in o.a Beijum doorgevoerd word om Kardinge te voorzien van brandstof om het rendement van 50% te blijven halen.
foto: gemeente Groningen